Gedenkt én gelooft… Ik wil u Mij ondertrouwen in eeuwigheid!

Verloven betekent zich verbinden, elkaar je ja-woord geven met de ring als onderpand. De Heere wil Zich met die in Hem gelooft verbinden, ondertrouwen. Zolang de gelovige op de aarde is blijft de ziel de verloofde en is zij in ondertrouw. De bruiloft is de dood, de doorgang tot het huwelijk. Op de ring die de Heere Zijn verloofde geeft, staat op één steen het woord: eeuwigheid. En op de andere stenen: gerechtigheid, gericht, genade, barmhartigheid, geloof of eeuwige trouw. Dat is de ring die de Heere de Zijnen aan de hand doet. Tot teken en verzegeling van Zijn liefde en trouw voor hen. Voelbaar en zichtbaar voor hem of haar die de ring draagt in storm en onweer, of in duisternis van aards bestaan. Met de vraag – hoe lang wil de Heere Zich met je verloven? – richtte dr. Kohlbrugge zich eens tot een stervende…

Kohlbrugge bezocht eens een trouwe broeder die op zijn sterfbed lag. Hij had warm deelgenomen aan alles wat de gemeente van de Heere Jezus Christus op aarde betrof. Ook had hij rijkelijk zijn aandeel gehad in al het kruis en lijden dat over heel de broederschap in de wereld komt. Toen hij nog jong was, wilde hij op een zondagavond naar de herberg (café) gaan. Toen zei zijn moeder tot hem:

“Och! Mijn jongen! Wil je niet liever mij iets voorlezen?”

“Voorlezen, moeder? Voorlezen? Nu wat moet ik u voorlezen, zeker wel weer een preek!?!”

“Maar mijn kind! Hoe kun je toch zo spreken?”

“Nu, mijn moeder, als u dan zo aandringt en dat hebben wil, dan zal ik het doen, maar…!”

Hij sloeg het boek open en het eerste wat zijn oog ontmoette, waren de woorden: Ik wil u Mij ondertrouwen in eeuwigheid! Toen kon hij niet meer verder lezen, zijn stem bleef steken, hij liep weg en vloog in een eenzaam bos. Daar zonk hij op zijn knieën, en beleed al zijn zonde aan de Heere. Hij was plotseling, geheel onverwacht op zijn verkeerde weg gegrepen door het Woord van de Heere Jezus: Ik u Mij ondertrouwen in eeuwigheid” – Hosea 2 vers 18.

Toen Kohlbrugge hem later op zijn sterfbed bezocht lag hij te jammeren en te klagen, dat alles voor zijn zielsoog was verdwenen.

“Ach”, zei hij, “ik heb niets, niets meer”.

Ik antwoorde hem: “U hebt toch wel iets van de Heere ontvangen, in vroeger dagen?!”

“Ach”, zei hij hierop, “ik weet het niet, of ik vroeger wel werkelijk iets gehad heb: misschien heb ik het mij maar ingebeeld”.

“Maar”, sprak ik daarop, “u hebt toch gemeend iets ontvangen te hebben?”.

“Ja, dat is waar” en daarop vertelde hij mij wat er langgeleden op zondagavond was gebeurd en hoe de Heere hem staande had gehouden met het woord: Ik wil u Mij ondertrouwen in eeuwigheid.

Ik vroeg hem daarop: “Hoe lang is dat wel geleden?” en het antwoord was: “Vijf en dertig jaren”.

“Maar mijn broeder! Wat hebt u toen eigenlijk gelezen?”

Ik las: “Ik wil u Mij ondertrouwen in eeuwigheid”.

“Maar mijn broeder. Staat dit wel werkelijk daar zo geschreven? Is dat wel waar?”

“Wat?” riep hij toen ontsteld uit.

“Nee! Mijn broeder, ik geloof niet, dat dat daar staat!”

“Maar leraar, hoe durft u zo te spreken! Ik weet zeer zeker, dat het zó luidde”.

“Nee!”, zei ik, “dat kan ik niet geloven, daar u nu zo klaagt en jammert”.

“Nu dominee, neem dan zelf de Bijbel maar”.

Ik nam de Bijbel en sloeg het bewuste vers op.

“Maar, lieve leraar! Weet u ook waar die woorden staan?”

“Jawel! Die staan in Hosea 2 vers 8, ik heb die ook eens van de Heere ontvangen”.

Hierop vroeg hij weer: “Staat het er nu, of niet!?!”

En ik antwoordde hem, opdat het woord nog dieper in zijn hart zou zinken: “Nee, het staat er niet!”.

“Nu laat het mij dan zelf maar lezen”.

“Zie leraar! Daar staat het immers: tot in eeuwigheid!”

“O, ik dacht, omdat u zo alles kwijt bent, dat er alleen stond: tot over vijf en dertig jaar! En dat alles nu uit en voorbij was”.

“Nee!”, riep hij uit, “tot in eeuwigheid!” en zo kwam hij aan land.

Overgenomen uit Schriftverklaringen deel 10 blz. 167-168 van H.F. Kohlbrugge

0 reacties op "Gedenkt én gelooft… Ik wil u Mij ondertrouwen in eeuwigheid!":

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *